Tanja (31): Roddelen mag niet, dat weet iedereen, toch kunnen we het allemaal niet laten. Ik vind het persoonlijk niet eens zo heel erg. Zolang het de spuigaten maar niet uitloopt. Wij werken met vijf secretaresses op het secretariaat. Ze zeggen dat vrouwen de grootste roddelaars zijn, maar bij ons was het gewoon haat en nijd.
Voordat ik ging solliciteren bij het bedrijf waar ik nu werkzaam ben werkte ik bij een klein bedrijfje, waar ik in mijn ééntje verschillende functies vervulde. Ik was niet alleen secretaresse, maar deed ook personeelszaken en allerlei andere taken. Na een tijdje vond ik dat niet meer zo fijn, ik had nooit iemand waar ik mee kon overleggen over het werk. Ik besloot op zoek te gaan naar een bedrijf waar ik op een secretariaat zou kunnen werken, zodat ik meerdere collega’s had. Ik ging solliciteren bij een Accountants- & Belastingkantoor en werd vrijwel direct aangenomen. Ik was dolblij en het eerste half jaar beviel erg goed. Het was erg gezellig met de twee andere secretaresses op de afdeling. Toen kwam de directie geheel onverwachts met de melding dat we zouden gaan fuseren met een ander kantoor bij ons in de buurt.
Ruzie over welke bakker
We hoefden niet te vrezen voor onze baan, dat was een hele geruststelling. Wij van het secretariaat mochten allemaal blijven. Bij het andere kantoor werkten twee secretaresses. In het begin ging het wel aardig, dan moet je elkaar natuurlijk nog leren kennen. Als snel volgde er gedoe over hoe brieven opgesteld moesten worden. We hadden natuurlijk allebei ons eigen vaste stramien. Op een Accountants- & Belastingkantoor heb je uiteraard veel te maken met jaarrapporten en dergelijke. Ook hierbij hadden we allebei onze eigen gewoontes. Al snel werd het een strijd van wie het beste was. Dit zijn slechts twee voorbeelden, maar eigenlijk ging het met alles zo. Zelfs over bij welke bakker er taart besteld moest worden als er iemand jarig was. De directie bemoeide zich er niet mee, die was te druk met andere zaken.
“Vanaf dat moment was het echt oorlog!”
Mijn twee ‘oude’ collega’s werkten niet fulltime, dus er waren ook dagen dat ik in mijn eentje bij de twee van de ’tegenpartij’ zat. Die dagen waren een drama. Ik werd compleet buitengesloten en er werd zelfs niet naar mij geluisterd als ik iets zei. Ik werd totaal genegeerd. Ik probeerde me volwassen te gedragen en me een beetje neutraal te houden.
Ik had het erover met mijn twee collega’s en die waren het wel met mij eens. Wij lieten ons van onze beste kant zien, maar het hield niet op. Op een gegeven moment ben ik naar mijn leidinggevende gestapt. Hij laste een overleg in voor het secretariaat, waarbij de boodschap was dat we ons volwassen moesten gedragen. Daar had hij helemaal gelijk in natuurlijk. Tijdens dit gesprek deed iedereen braaf alsof ze hier gehoor aan zouden geven, maar niets was minder waar.
Pesterijen
Vanaf dat moment was het echt oorlog. Terugbellers werden niet doorgeven, mailtjes werden stiekem uit het postvak-in gedelete, er werd niets aan elkaar doorgegeven of overlegd. We werkten totaal langs elkaar heen. Toen ze erachter kwamen dat ik degene was die naar de leidinggevende was gestapt werd het nóg erger! Toen begonnen er echt pesterijen. Roddelen tegen andere collega’s, kantoorartikelen bestellen op mijn naam en dan veel te veel of verkeerde producten. Ik kreeg dan natuurlijk de schuld. Ook kreeg ik op mijn naam de gekste zaken toegestuurd die ze op van die sites waar je gratis proefproducten kunt bestellen. Condooms, een muismat, visitekaartjes met rare gegevens erop, een dvd, kalender en nog veel meer. Dat alles werd op het werk bezorgd. Ook werd ik aangemeld voor belachelijk veel digitale nieuwsbrieven. Mijn oude collega’s stonden achter mij, maar deden verder weinig. Ik stond er alleen voor. Ik deed niet mee aan hun flauwe acties. Ik liet het over me heen komen.
“Ik weigerde om mijzelf te laten wegpesten”
Op een gegeven moment was de maat vol. Ik weigerde om mezelf te laten wegpesten, dus heb lange tijd gebroed op een wraakplan. Hoe kon ik ze keihard terugpakken? De ergste dingen kwamen in mij op. Ik schrok van mezelf dat ik zulke erge dingen kon denken. Toch heb ik uiteindelijk besloten om me normaal te gedragen. Ik wilde me niet verlagen tot hun niveau. Tijdens mijn functioneringsgesprek, waar ik wonder boven wonder goed doorheen kwam heb ik de twee directeuren een papier overhandigd waarin ik een overzicht had gemaakt van de pesterijen. Ze waren nogal verbaasd, want zelf dachten ze dat alles weer koek en ei was op de afdeling. Ik legde ze heel rustig uit dat het niet het geval was. De directeuren gaven aan dat ze het samen zouden overleggen, wat ze er het beste aan konden doen.
De gezelligheid wedergekeerd
De volgende dag tikte één van de twee heren op mijn rug en zei dat alles goed zou komen. Eerst zag ik niks gebeuren, maar een maand later moest één van de twee op gesprek komen. Haar contract werd niet verlengd. Ik heb heel hard moeten lachen, midden in haar gezicht. Toen zij eenmaal weg was, was het getreiter afgelopen. Drie maanden later kreeg ook nummer twee te horen dat ze kon vertrekken. Eindelijk was ik van ze af! Inmiddels hebben we twee nieuwe collega’s, waarmee ik ontzettend goed kan opschieten. Het is weer gezellig op de afdeling en ik ga elke dag weer vrolijk naar het werk. Ik ben blij dat ik het op een fatsoenlijke manier heb opgelost. Het klikt zo goed met de nieuwe dames dat we zelfs één keer per kwartaal samen uit eten gaan. Roddelen doen we dan nog steeds, maar niet meer over elkaar, maar over de bloopers en eigenaardigheden van de directeuren en andere collega’s. Dat moet kunnen toch?
Om privacy redenen zijn de namen in dit artikel gefingeerd.
Heb jij ook een verhaal dat je (anomiem) met ons wilt delen? Mail dan naar redactie@pa.nl.
Uit PA.NL magazine 4 – september 2010